Mannen en incontinentie
Ongeveer 5% van de Nederlandse mannen boven de 20 jaar heeft last van incontinentie. Het probleem doet zich in alle leeftijdscategorieën voor, maar is het meest voorkomend bij mannen boven de 50. Alhoewel incontinentie gelukkig geen dodelijke ziekte is, kan het een behoorlijke negatieve invloed hebben op iemands levenskwaliteit. Als men zelf geen controle heeft over wanneer men moet plassen, kan dat gevoelens van onzekerheid met zich meebrengen die maken dat men zich minder gemakkelijk buitenshuis begeeft, omdat men vaak niet weet waar het dichtstbijzijnde toilet is. Helaas kiezen veel mensen er daarom voor om thuis te blijven, in plaats van deel te nemen aan sociale activiteiten. Voor de meesten is dit sociale isolement echter onnodig, omdat er goede mogelijkheden bestaan om incontinentieproblemen op te lossen.
Verschillende typen urine-incontinentie bij mannen
De meest voorkomende incontinentietypen bij mannen zijn stressincontinentie en aandrangincontinentie (urge-incontinentie). Stressincontinentie uit zich in het niet kunnen ophouden van de plas als men zich inspant, bijvoorbeeld bij het hardlopen, springen, tillen, niezen of hoesten. Bij aandrangincontinentie voelt men een plotselinge heftige aandrang om te plassen. Is men op dat moment niet in de buurt van een toilet, dan kan dat gemakkelijk ongelukjes met zich meebrengen. In de literatuur over incontinentie bij de man wordt “nadruppelen” ook vaak genoemd. Nadruppelen vindt plaats als de urinebuis tijdens het plassen niet voldoende wordt geleegd, Als men vervolgens van houding verandert, druppelt de achtergebleven urine eruit. Nadruppelen kan in 75% van de gevallen verholpen worden met bekkenbodemtraining.
Oorzaken van urine-incontinentie bij mannen
Mogelijke oorzaken van incontinentie zijn een vergrote prostaat, urineweginfecties, bijwerkingen na een medische ingreep, overgewicht, een zwakke sluitspier of prostaatkanker. Incontinentie kan ook een gevolg zijn van ziektes aan het zenuwgestel, zoals Alzheimer of dementie. Hoe ouder men wordt, des te groter het risico voor een vergrote prostaat. De prostaatklier ligt precies onder de blaas en kan de doorgang van urine tijdens het plassen verhinderen. Daardoor kan de blaas niet volledig worden geleegd, wat een voortdurend druppelen veroorzaakt. Daarnaast kan een prostaatoperatie ervoor zorgen dat de spieren van de bekkenbodem zodanig verzwakt raken dat men tijdens fysieke activiteiten niet langer zijn plas op kan houden. Prostaatoperaties worden uitgevoerd bij prostaatkanker, waarvan ongeveer 11.100 Nederlandse mannen jaarlijks de diagnose te horen krijgen. Van deze 11.100 mannen ervaart ongeveer 30% incontinentieproblemen. Afhankelijk van de oorzaken zijn er verschillende behandelmogelijkheden en dan hebben we het niet alleen over een operatie.
Behandelmogelijkheden
Grofweg gezegd zijn er 4 remedies om incontinentieproblemen op te lossen: een operatie, medicijnen, bekkenbodemtraining en eventueel een verandering in levensstijl. Met betrekking tot het laatste punt kan het bij overgewicht helpen om af te vallen en kan het bij roken helpen om te minderen. Bovendien is het verstandig om per etmaal niet meer dan 1½ liter vocht in te nemen. De meeste mensen zullen bij bekkenbodemtraining denken aan vrouwen, maar ook mannen kunnen veel baat hebben bij het trainen van de bekkenbodem, vooral als ze problemen hebben met incontinentie of potentie. Maar hoe traint men de bekkenbodem? Het is immers niet een zichtbare spier, die gemakkelijk te vinden is. De korte uitleg is, dat men zich concentreert op de anus en zich voorstelt dat men 8-10 seconden lang probeert om denkbeeldige darmgassen binnen te houden. Velen zullen een zichtbaar verschil opmerken, als deze oefening 8-12 weken lang dagelijks wordt gedaan. Bekkenbodemtraining heeft alleen effect als het dagelijks wordt uitgevoerd. Het is daarom belangrijk om er een gewoonte van te maken. Gelukkig is het nooit te laat om met het trainen van de bekkenbodem te beginnen. Voor degenen die het lastig vinden om te starten en de oefeningen juist uit te voeren, worden er gelukkig cursussen aangeboden.
Het is belangrijk de huisarts te bezoeken om helder te krijgen om welk type incontinentie het gaat, zodat met de juiste behandeling kan worden gestart. Het onderzoek zal onder andere bestaan uit het invullen van een schema waarop wordt genoteerd hoeveel men drinkt en plast. Daarnaast zal de urine worden onderzocht op infecties, glucose, eiwitten en bloed. Mocht het nodig zijn, dan zal er worden doorverwezen naar een specialist of uroloog. Als men de huisarts eenmaal over de problemen heeft verteld, is het belangrijk om vast te houden aan de wens het probleem op te lossen.
Een vlotte, discrete incontinentieonderbroek kan helpen de zorgen over de zichtbaarheid van ongewild urineverlies te verminderen. Zie hier incontinentieonderbroek voor heren.